De Tweede Fase is de officiële benaming voor de bovenbouw havo/vwo. Naast een verplichte gemeenschappelijk deel en de vrije ruimte volgt een leerling één van de vier profielen (richtingen).

Aan het eind van leerjaar 3 maken alle leerlingen een keuze voor één van de vier profielen, te weten:

Cultuur en Maatschappij (CM)

Economie en Maatschappij (EM)

Natuur en Gezondheid (NG)

Natuur en Techniek (NT)

In de Tweede Fase werken we met clustergroepen. Per lesuur zitten leerlingen in een wisselende samenstelling bij elkaar. Elke leerling volgt het eigen rooster, afhankelijk van de profiel- en vakkenkeuze.

4 havo en 5-vwo zijn de pre-examenklassen, 5 havo en 6-vwo zijn de examenklassen. Vanaf 4 havo en 5-vwo tellen alle cijfers mee voor het schoolexamen (SE).

Uiteindelijk telt het schoolexamen voor 50 procent mee voor het eindcijfer. De andere helft wordt gevormd door het centraal examen (CE) aan het einde van 5 havo of 6-vwo. Een aantal vakken kent geen centraal examen en wordt dus helemaal afgerond voorafgaand aan het CE: lichamelijke opvoeding, Spaans elementair, onderzoek & ontwerpen (O&O) en de onderdelen van het combinatiecijfer (maatschappijleer, cultureel kunstzinnige vorming en het profielvak)